studievaardigheden


Opgave 1.

encyclopedie 2006                                              
                      A             B         C   D
De Nederlandse turner Yuri van Gelder komt uit Waalwijk. Emma wil meer weten over hem. In welk deel van de sportencyclopedie kan zij het beste kijken om snel informatie over hem te krijgen?

 
 
 
 

Opgave 2.

Waar staan de woorden in alfabetische volgorde?


 
 
 

Opgave 3.

Leerlingen van groep 8 van de basisschool De Boemerang gaan een werkstuk maken. Ze mogen kiezen uit de volgende onderwerpen.

  1. De politie
  2. De Middeleeuwen
  3. Het eiland Saba
  4. Akkerbouw
  5. Wijkcentrum Reeshof
  6. Koningin Beatrix
  7. Lekkere recepten
  8. Zeehonden

Welke twee onderwerpen kun je niet opzoeken in een encyclopedie?

 
 
 
 

Opgave 4.

In het boek De Reuzenpanda staat een inhoudsopgave en een register.

Voorin het boek staat de inhoud.   Achter in het boek staat het register.
Inhoud
  bladzijde
Inleiding 5
Waar leeft de panda 7
De handel in huiden 8
Verlies aan leefgebied 10
Het probleem met bamboe 12
De strijd tegen stropers 15
De vrije natuur 17
Meer steun voor de panda's 18
Panda's in dierentuinen 23
De toekomst van de panda 24
Gegevens over de panda 26
Register 32
 
Register
A bladzijde
aftekening 26
antenne 17
B  
bamboe 18
bamboe, tekort aan 12
bei-shung 26
beloning 9
beren 31
bergwoud 6
bloei 12
bontvellen 8
C  
camouflage 26
Chengdu, dierentuin 23
Chinese regering 21
D  
... ... ... ... ..  
... ... ... ... ..  

Kijk eerst naar het register en daarna naar de inhoud van het boek.
Bij welk hoofdstuk lees je iets over beren?

 
 
 
 

Opgave 5.

Rozenplein
Midden op het Rozenplein, ligt een groot grasveld. Daar spelen de jongens en meisjes uit de buurt. Aan de ene kant van het grasveld staat een hoge muur. Bij die muur op het grasveld heeft de gemeente twee doelpalen neergezet. Verder staan er op het grasveld nog drie bankjes. Langs het Rozenplein liggen twee straten. De Kerkstraat loopt van noord naar zuid. De Houtstraat loopt van west naar oost. In deze straten liggen vlak voor het Rozenplein drie verkeersdrempels. Aan de zuidkant van het plein zie je garages.

Bekijk de kaart en lees het tekstje Rozenplein.
Welke woorden hebben de juiste cijfers gekregen?

 
 
 
 

Opgave 6.

Luuk ziet op jeugdjournaal dat er een aardbeving is geweest in Indonesië. Hij wil nog eens nalezen wat er precies is gebeurd. Waar kan hij dat het beste doen?

 
 
 
 

Opgave 7.

Ashraf wil gaan judoën. Hij wil zich aanmelden als lid van de plaatselijke judovereniging. Hoe komt hij het gemakkelijkst achter het juiste telefoonnummer?

 
 
 
 

Opgave 8.
stoep
 
m/v stenen opstap; geplaveide verhoging langs gevel

stoepa
 
m ['s] bolvormig boeddhistisch bouwwerk

stoer
 
stevig; -doen, vervelend doen

stoet
 
m optocht, rij

stoeterij
 
v paardenfokkerij

stoethaspel
 
m [-s] onhandig iemand; sinjeur

stof
 
I v(m) [-fen] weefsel; grondstof; onderwerp

II o wat stuift; kort van -, kort aangebonden

stofbril
 
bril tegen stof

stofdoek
 
doek om stof af te vegen

stormen
 
stoom van zich geven; mert waterdamp gaar of schoon maken, met een stoomvoertuig gaan

stomerij
 
v inrichting waar gestoomd wordt

stomkop
 
m domkop

stommelen
 
stampend dof geraas maken

stommeling
 
I v stampend dof geluid;
 
II m domoor

stommerik, stommerd
 
[-s] m domoor

stommetje:
 
-spelen, niets zeggen.

stommigheid
 
v [-heden] het stom zijn; domme daad, dom gezegde

stommiteit
 
v domheid

stomp
 
I m stoot met de vuist;
 
II niet spits, niet scherp

Hierboven zie je een stukje uit het woordenboek.
Wat is niet waar?

 
 
 
 

Opgave 9.

Mensapen

Een Mensaap is een soort aap. Ze dragen hun naam niet voor niets. Van alle apen lijken zij het meest op de mens. Net als wij hebben ze geen staart en hun hersenen zijn in verhouding groter dan bij andere apen. Ook duurt de zwangerschap van een mensaap bijna net zo lang als bij mensen en blijven hun jongen heel lang afhankelijk van hun ouders en de andere groepsleden. Tegenwoordig komen mensapen alleen nog maar voor in de werelddelen Afrika en Azië.

Mensapen zijn zeer intelligente dieren. Ze gebruiken zelfs 'gereedschappen'. Stenen om noten mee te kraken, stokken om roofdieren te verjagen en twijgjes om termieten uit hun termietenheuvel te peuteren.

De gibbons uit Azië zijn een beetje een buitenbeentje onder de mensapen. Ze zijn veel kleiner dan de andere mensapen. Andere mensapensoorten zijn de orang-oetan (ook uit Azie) en de gorilla's, chimpansees en bonobo's uit Afrika.

Van alle mensapen zijn de chimpansees en de bonobo's uit Midden-Afrika het nauwst aan de mens verwant. Beide soorten hebben ruim 98% van het erfelijk materiaal met ons gemeen.

Bron: www.apenheul.nl

Lees de tekst Mensapen. Femke heeft van de tekst Mensapen een schema gemaakt. Hoe moet dat schema eruit zien?

 
 
 
 

Opgave 10.

's-Hertogenbosch (073)

Tandarts Riguto R.A.
Loosdorpstraat 1, 5045 WC ... ... . ... ... ... ... ... . 5713300
spreekuur ma t/m vrij 8.00-16.30
Tandarts Janmaat
Piusplein 12, 5014 DA ... ... ... ... ... ... ... ... ... ... 5426219
24 uur bereikbaar
Tandartsenpraktijk De Besterd
Koestraat 160, 5015 AE ... ... ... ... ... ... ... ... .... 5355535
info@tandartsbesterd.nl
spreekuur ma t/m vrij 10.00 - 18.00 uur
Tandartsenpraktijk Groenewoud
Pater van der Elsenplein 95, 5014 LL
per 1/8/04 dr. Paul Janssenweg 143 ... ... ... ... .... 4531 849
Afspraak maken op ma t /m do en za
tussen 8.30 - 11.30 uur.
Tandheelkundig centrum
Bosscheweg 34, 5017 JL .............................. .... 4554677
spreekuur ma t/m vrij 08.30-14.00 uur

Je vader is op bezoek in Den Bosch. Hij krijgt in eens heel erge kiespijn. Daarom zoekt hij een tandarts die hem kan helpen. Het is vrijdagavond 10 uur. Bij welke tandarts kan hij terecht?

 
 
 
 

Opgave 11.
Zakgeld
Leeftijd jongens meisjes
8 jaar € 2 € 2
9 jaar € 2,50 € 2,50
10 jaar € 3 € 2,50
11 jaar € 4 € 3,50
12 jaar € 5 € 4,50
13 jaar € 7 € 6,50
Bron: Rapport "Kinderen en Geld Enquête"

Bekijk de tabel Zakgeld. Wat is waar?

 
 

Opgave 12.

Op school willen de leerkrachten weten welke ouders van de leerlingen uit de klassen 1 tot en met 8 komen helpen op de sportdag.

Klas Aantal Klas Aantal
1A 4 5A 6
1B 6 5B 2
2A 4 5C 3
2B 5 6A 4
2C 5 6B 4
3A 3 6C 4
3B 4 7A 2
3C 7 7B 1
4A 4 8A 5
4B 2 8B 6
4C 7 8C 7

In welke klassen zijn de minste ouders aanwezig op de sportdag?

 
 
 
 

Opgave 13.

Computergebruik kinderen van 12 jaar.Bekijk de grafiek.
Welke conclusie kun je trekken uit deze grafiek?

 
 
 
 

Opgave 14.

In het cirkeldiagram kun je zien hoe de kinderen naar school komen.
Hoeveel procent van de kinderen komt met het openbaar vervoer naar school?

 
 
 
 

Opgave 15.

Bekijk de grafiek. Maud heeft een fietstocht gemaakt. Ze kreeg een lekke band. Wanneer heeft Maud haar fiets geplakt?

 
 
  

Maak jouw eigen website met JouwWeb